Als ik van schrijven mijn fulltime baan kon maken, dan deed ik dat. Ik zou er niet twee keer over na hoeven te denken. Ken je dat geluksgevoel dat je voelt bij iets wat je leuk vindt? Dat gevoel krijg ik van schrijven. En hoe meer ik schrijf, hoe meer ik dat gevoel krijg, hoe vaker ik met een glimlach op mijn gezicht rondloop. Mijn ware ‘ik’ is ontwaakt.
Verhalenverteller
Maar dat heeft lang geduurd. Wat eigenlijk wel vreemd is, want ik begon met verhaaltjes schrijven op het moment dat ik een pen in pengreep kon vasthouden. En ik hield dat ook best lang vol. Waarom ik het deed? Geen idee. Ik hield van lezen en vertellen en dagelijks spookte er meerdere verhalen door mijn kleine hoofdje. Dat ging helemaal vanzelf. En wanneer ik de verhalen op papier zette, wikkelde zich een warme deken om mijn drukke interne wereldje, een deken van rust.
Tijd voor schrijven
Mijn allereerste verhaal ging over twee katten die beste maatjes waren. Vervolgens schreef ik een verhaal over een berenpicknick en na meerdere vakanties naar een vissersdorpje in Schotland schreef ik een hele verhalenserie over een tienermeisje, Jessie, genaamd. Toen Jessie en ik uit elkaar groeide besloot ik me te wagen aan langere verhalen. Een daarvan heb ik tot het einde geschreven. Wat een bevalling! En maar schrappen en herschrijven. Wat een verdriet toen het klaar was! Vele beginnetjes heb ik gemaakt met andere verhalen maar niets is ooit tot een goed (of slecht) einde gebracht. De dooi zette in, denk ik? Mijn hoofd had even geen tijd meer voor het schrijven van verhalen.
Stram
Maar vele wegen leiden naar Rome en zo ook naar dat waar mijn hart altijd sneller van is gaan kloppen: het schrijven van verhalen. Zo ongeveer vier jaar geleden pakte ik twijfelachtig mijn pen weer op. Dat ging aardig. Ik was erg stram geworden. God, wat kostte dat schrijven mij moeite. De verhalen kwamen niet vanzelf en mijn innerlijke criticus schreeuwde er op los. Om mij heen leek de hele wereld inmiddels auteur te zijn geworden. Ik wilde weer bijna die handdoek in de ring gooien. Maar ik had wel steeds het verhaal over hoe J.K. Rowling haar succes behaalde in mijn achterhoofd. Ook haar weg was lang en frustrerend. En schrijven is beslist geen kattenpis. Het is topsport en bij topsport hoort trainen.
Treffer
In 2016 won ik zowaar een schrijfwedstrijd! Mijn korte verhaal, waar ik zo hard op had lopen ploeteren en waar ik mijn hele ziel en zaligheid in had gelegd (niet overdreven!), won een plekje in een korte verhalenbundel, Het Cadeau. Ik heb intern gehuild. Zo hard gehuild. Maar naar buiten toe bleef ik ‘cool’ en koel. Want dit was wellicht eenmalig! Een gelukstreffer. Maar wel een treffer die naar meer smaakte.
Susan Smit
Enige tijd later stuitte ik op een schrijfworkshop van Susan Smit. Waarom niet, dacht ik. Zij schrijft immers prachtig. Wat een geweldige en rijke ochtend in een Amsterdam was dat. Ineens zat ik bij Susan aan de keukentafel! Met bibberende knieën, een droge keel en een steen in mijn maag. Dat lag niet aan Susan en ook niet aan mijn workshopgenoten. Mijn persoontje kreeg het te kwaad. Alles wat Susan zei, ontroerde me. Het maakte iets in mij los wat veel te lang had vastgezeten. Alsof ik mezelf al die jaren had opgesloten. Joost mag weten waarom overigens. Het verhaal dat ik bij haar schreef raakte haar ook. Haar commentaar was prachtig met hier en daar verbeterpunten om mijn verhaal sterker te maken. En dat sterkte mij ook weer.
Soortgenoten
Vrij snel daarna meldde ik me aan bij de Writer’s Community. Helaas bestaat deze community niet meer in de vorm waar ik me voor had aangemeld. Ik voegde me (nog net op tijd) bij een schrijfdag in Rotterdam. Allemaal lieve, enthousiaste schrijvers die met elkaar gingen schrijven, gewoon omdat dat kan. Soortgenoten! schreeuwde mijn hart uit. Via Instagram snorde ik er een paar op en volg hen nog steeds. Er is een hele wereld aan schrijvers en ik ben dus niet de enige ‘gek’. Nogmaals: soortgenoten.
Terug naar school
We zijn inmiddels beland in 2018 en in dat jaar begon ik te schrijven aan een heus verhaal. Een verhaal waarvan ik dacht: dat zou best wel eens uitgegeven kunnen worden. Maar ambitie kan ook killing zijn. En dat bleek, ik bleef steeds haken. Ik haakte zelfs af en begon vervolgens weer opnieuw. Ik wilde het niet opgeven. De woorden van mijn moeder dit is wie jij bent, jij schrijft, daar moet je mee doorgaan en de woorden van mijn broer blijf schrijven, iedere dag werden een mantra. Inmiddels had ik heel hard een schrijfwedstrijd verloren. Ik had een goed idee voor een kinderboek maar helaas dacht de jury daar anders over. De woorden van een schrijfgenoot dreunden in mijn hoofd: maak het af, jij gelooft er in dus maak het af. En ook daar dacht ik weer even aan mevrouw Rowling. De som was bijna gemaakt: ik kan schrijven, ik wil schrijven, ik schrijf maar ik mis iets. En door veel te lezen over het schrijven, veel te praten over het schrijven, veel te lezen en veel te schrijven, meldde zich de ontbrekende term in de som: houvast. Ik had behoefte aan technieken en begeleiding. Ik moest terug naar school.
Ontwaakt
Inmiddels is het 2019 en ik heb mijn eerste officiële schrijfles bij de Schrijversacademie achter de rug. Dat was gisteren. Drie intense uren en ik voelde me weer precies zoals bij Susan Smit aan de keukentafel: emotioneel geheel van slag. Eenmaal thuis was ik leeg. Alsof alles wat ik maar in mij heb, er door een gigantische stofzuiger was uit gezogen. Een gevoel waar ik gisteren niet veel mee kon. Tot vandaag. Dit gevoel gaat namelijk terug naar die dag dat ik huilde omdat ik zo’n leuk weekend had gehad. In mijn balletpakje liep ik met mijn ziel onder mijn arm door de eetkamer. Mijn moeder pakte een dagboek en adviseerde mij het van me af te schrijven. Een advies waaruit wel twintig dagboeken volgden. Als het niet meer is…Dit gevoel gaat terug naar die les Nederlands bij de heer Hondsbroek waar we een horrorverhaaltje moesten schrijven en voordragen aan de klas. Dat verhaaltje nam een loopje met me en dat had deze leraar heel goed door. Ik kreeg een dikke 8+ en een compliment. En dat gevoel deed heel veel met me. Dit gevoel maakt me onzeker, intens gelukkig, intens verdrietig en zoveel meer. Dit gevoel heeft een naam, en dat is passie. Ik heb een passie voor schrijven en nu, op mijn 37e heb ik omwille van die passie mijn vrijheid teruggepakt van mijzelf. Het hek staat weer open en ik ren. Ik ren, zo hard als ik kan en ik vind het heerlijk. De wind ruist door mijn haar, mijn huid ademt en ik ben zo licht als een veertje. Dit ben ik en ik ben wakker.